Op 20 december 2021 is artikel 7.23d van het Arbeidsomstandighedenbesluit gewijzigd. Naar aanleiding van deze wijziging heeft het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de bestaande leidraad voor het werken met werkbak en werkplatform aangepast. Met het stappenplan kunnen werkgevers snel bepalen of de inzet van een werkbak gerechtvaardigd is.
Om werkgevers te ondersteunen in de beslissystematiek bij de beoordeling en rechtvaardiging om een werkbak of werkplatform hangende in een hijswerktuig in te kunnen zetten bij tijdelijke werkzaamheden op hoogte, heeft het ministerie van SZW de leidraad laten ontwikkelen. Het uitgangspunt van de leidraad is dat het hijsen/heffen van werknemers uitsluitend is toegestaan met behulp van speciaal daarvoor bestemde arbeidsmiddelen (artikel 7.18 van het Arbeidsomstandighedenbesluit). Indien het niet mogelijk is om deze arbeidsmiddelen en/of andere meer geëigende werkmethodes veilig in te zetten, mogen bij wijze van uitzondering niet daarvoor bestemde hijswerktuigen (arbeidsmiddelen) worden ingezet voor het verplaatsen van werknemers ten behoeve van het verrichten van arbeid. Dit mag echter alleen indien passende maatregelen zijn genomen om de veiligheid en een zo veilig mogelijke werkplek te waarborgen, overeenkomstig artikel 7.23d van het Arbeidsomstandighedenbesluit.
De voorwaarden zijn bedoeld om de werkgever gedurende de voorbereidingen duidelijk te maken wat van belang is om tot een goede afweging te komen van de noodzaak tot het inzetten van werkbakken en indien die inzet toch onvermijdelijk blijkt, te zorgen voor veilige voorzieningen en werkuitvoering.